Ik hoop jullie volgend jaar een recept voor pi-appeltaart te kunnen geven, maar voor nu alvast de volgende lessen voor als je zelf aan de slag gaat:
- Snijd in godsnaam die π uit je bladerdeeg terwijl het deeg nog bevroren is. Ontdooid bladerdeeg is onhandelbaar.
- Sowieso is een π best wel lastig te tekenen.
- Met een potlood op papier tekenen is vele malen makkelijker dan met een aardappelschilmesje op ontdooid bladerdeeg.
- Twee appels is eigenlijk te weinig voor een fatsoenlijke taart.
- Als je rozijnen in je appeltaart wil omdat je eigen te weinig appels hebt, maar geen rozijnen hebt, en dan dus denkt “ik vis ze wel even uit mijn muesli”: het uit muesli vissen van rozijnen kost meer tijd dan je denkt. Na een paar minuten heb je geen zin meer, en dan heb je nog niet eens een half handjevol.
- Een half handjevol rozijnen is eigenlijk nét een sneue hoeveelheid.
- Als je recept zegt dat je taart in 10-15 minuten klaar is, terwijl je pakje bladerdeeg zegt dat het zo’n 20-25 minuten zou moeten duren, dan spreekt je pakje bladerdeeg de waarheid.
- Als je een blogstukje gaat typen omdat het zo lang duurt voordat je taart klaar is, vergeet dan niet zo nu en dan nog eens de oven te checken. (Hoewel de opluchting van een bijna-vergeten-maar-tóch-niet-verkoolde taart ook wel lekker is.)
- Dubbelcheck even of je springvorm niet lekt, tenzij je het eigenlijk supercool vindt om op een late maandagavond je oven nog even te schrobben terwijl je je eigenlijk had voorgenomen om op tijd naar bed te gaan.
- De esprit de l’escalier van het bakken: zodra je taart uit de oven komt, bedenk je je pas dat “π” eigenlijk nog een veel leuker opschrift was geweest.